Skip to main content
LEWIS

Door

Dirk Berkers

Gepubliceerd op

December 6, 2021

Tags

copywriting, neologismen

Taal verandert continu. Daarom deelt onze copywriter Dirk Berkers vijf nieuwe woorden die we in het nieuwe jaar nog vaak gaan horen.


Verandering is de enige constante, zo grapt men nog wel eens. Ook voor ons eigen vocabulaire gaat dit credo maar al te goed op. Als gevolg van de pandemie zijn we in een kort tijdsbestek een hoop woorden rijker geworden. Denk aan het leed dat huidhonger heet en de twijfelachtige werking van het kuchscherm. Ongeacht wat de pandemie ons volgend jaar voorschotelt, neem ik alvast een voorzichtig kijkje op het tekstuele menu. Welke woorden kunnen we in 2022 wellicht toevoegen aan de Dikke van Dale?

COntent marketing - cta banner

De kracht van woorden: Content Marketing

Onze woorden maken écht verschil. Van pakkende blogs en relevante persberichten tot krachtige socialmediaposts die blijven hangen. Vergroot je bereik en vang de aandacht van jouw publiek.

1. Deelite

De havermelkelite, daar is iedereen tegenwoordig vast bekend mee. Het zijn de hippe Randstedelingen die iedere ochtend beginnen met pilates en podcasts grijsdraaien alsof het niets is. Zoals de naam doet vermoeden, drinkt deze doelgroep barista-creaties met alleen de beste plantaardige melk. En dat bij voorkeur in een gewilde bar of drukbezocht restaurant – je moet natuurlijk wel gezien worden.

Echter, hoe verplaats je jezelf dan als onderdeel van deze upper class? Het OV is niet langer the place to be en een eigen auto is geen beginnen aan in de stad. Lang leve het deelvervoer! Hoewel. Anders dan het woord ‘deel’ doet vermoeden, is het gebruik van deze vervoermiddelen vaak niet weggelegd voor lagere inkomens. Zodoende ontstaat er een heuse, nieuwe laag in de samenleving: de deelite.

2. Handwijking

Van ongemakkelijke, al dan niet ongepaste omhelzingen tot de onwennige drieklapszoen; (on)bekenden begroeten en jezelf voorstellen is in de huidige tijd een uiterst lastige opgave. Je weet immers niet waar een ander zich comfortabel bij voelt zonder daar expliciet naar te vragen. Het gevolg is dat we onhandig en stroef een soort paringsdans opvoeren, terwijl het juist zo eenvoudig kan zijn.

Daarom wint de handwijking volgend jaar als dé begroeting te midden van de pandemie. Het uitoefenen van de handwijking is heel simpel: wanneer je een persoon tegenkomt die je wilt begroeten, doe je een van je handen omhoog tot op ooghoogte. Vervolgens beweeg je deze hand van links naar rechts om te zwaaien. Op die manier voorkom je die iets té lange knuffel of die mislukte poging tot handenschudden.

3. Flitsmoe

Het halen van je eigen boodschappen verandert met iedere jaarwisseling in een steeds zeldzamere aangelegenheid. Met een paar klikken heb je je complete lijstje met weekboodschappen afgevinkt bij een online supermarkt en binnen tien minuten heb je die ene pot pindakaas al in huis. We laten ons hele leven bij ons thuisbezorgen. De deur, die hoeven we niet meer uit (zie ook: 5).

Toch ontstaat er in de steden waar veel bezorgingen worden geflitst (d.w.z: binnen tien minuten thuisbezorgd) een steeds groter tegengeluid. De bewoners zijn hun ‘distributiebuurt’ beu en worden zodoende flitsmoe. Onder meer in De Pijp in Amsterdam drijven flitsbezorgers volgens Het Parool de buurt tot pure wanhoop. Kortom: flitsmoe.

4. Drangdrang

Lockdowns voelen voor velen aan als geheelontzegging. Geheelonthouding is echter een pittige klus. Want met het nachtleven op slot – en van tijd tot tijd een alcoholslot – ontstaat er een groot gemis. Het is daarom niet voor niets dat Merol in het heetst van de lockdown vorig jaar zong over haar (of eigenlijk onze) knaldrang.

Tussentijds is onze knaldrang waarschijnlijk redelijk gestild. Maar hoe dan ook zal de drang om te genieten van het leven blijven bestaan. Ook de bodemdrang (het onderste uit de kan alias fles halen) past in dit rijtje thuis. In het nieuwe jaar maken al die drangsoorten plaats voor een nieuw, overkoepelend gevoel. De zogeheten drangdrang. Iets met overmaat willen doen – de consequenties ervaren we, net als de kater, later wel.

5. Thuizenaar

Bij het woord kluizenaar kun je al gauw denken aan een oudere persoon die zich opsluit in een hutje, ergens ver weg van de maatschappij, op de hei. Er hangt een redelijk negatieve connotatie rondom het woord. Kluizenaars zijn per slot van rekening antisociaal, vinden geen aansluiting en zullen vast iets ergs hebben gedaan. Waarom zou je je anders afzonderen van de wereld om je heen?

Tja, ieder z’n eigen reden voor afzondering. En daarbij wint de thuizenaar flink aan terrein. Deze moderne kluizenaar zal namelijk niet gauw het comfort van de eigen vier muren verlaten. Dat is ook nergens meer voor nodig! Eventuele besmettingsgevaren blijven zo buitenshuis en iedere bestelling wordt met gemak tot aan de deur geleverd. Plus, bij een eventuele strenge lockdown, worden we vanzelf een thuizenaar.

Deze blog is ook gepubliceerd op Adformatie

Global CTA

Hulp nodig bij het bereiken van jouw doelen?

Neem contact op